Op weg naar het transitiemoment: 5 inzichten uit de praktijk

kantoor

Pensioenfondsen bereiden zich voor op het omzetten van de pensioenen uit het verleden naar het nieuwe pensioenstelsel. De collectieve vermogens gaan op het transitiemoment om naar individuele pensioenvermogens. We noemen dat ook wel invaren. Lieke Werner programmamanager pensioenen bij Achmea Pensioenservices werkt aan de praktische voorbereidingen om invaren straks op de transitiedatum voor pensioenfondsen ook echt uit te kunnen voeren. We lopen met haar door het invaarproces. Ze deelt 5 belangrijke inzichten uit de praktijk voor pensioenfondsbestuurders. Van het begin: de afspraken die sociale partners maken tot aan de controles achteraf.


Lieke Werner, Programmamanager Pensioenen

 

1. Toets afspraken over vermogensverdeling op uitvoerbaarheid
Het proces start als sociale partners of de beroepspensioenvereniging aan het pensioenfonds vragen om in te varen. Daarbij maken sociale partners allerlei afspraken. Het pensioenfonds beoordeelt of invaren evenwichtig is. We drukken pensioenfondsen op het hart om ook ruim van te voren de afspraken te laten toetsen op de uitvoeringsmogelijkheden bij ons als uitvoeringsorganisatie. Die afspraken rond invaren moet je echt apart afstemmen. Dat staat los van de analyse of de uitvoeringsorganisatie de nieuwe regeling kan administreren. Deze check is een verplicht onderdeel in het implementatieplan. In het invaarformularium staat beschreven hoe je gaat invaren. Ook het invaarformularium is een verplicht onderdeel van het implementatieplan. 

2. Pro forma berekeningen geven vooraf inzicht in eventuele “rare” uitkomsten
Op weg naar het transitie moment maken we voor pensioenfondsen pro forma berekeningen. Hier zijn we al onderweg naar invaren. Pro forma berekeningen geven bijvoorbeeld inzicht in hoe de vermogensverdeling zou uitpakken als nu het transitiemoment zou zijn. Mogelijk zijn er “rare” uitkomsten. Wellicht zijn er (groepen) deelnemers waar de uitkomsten anders zijn dan vooraf verwacht. Je kunt uitzoeken wat de impact ervan is op het beleggingsbeleid. Daar kun je dan voorafgaand aan het transitiemoment nog analyses en acties op zetten. Het is goed als iedereen klaar staat om mee te kijken en mee af te stemmen. Bij een latere pro forma berekening zijn de zaken in beeld of opgelost.

3. Maak tijdig afspraken met de vermogensbeheerder
In het nieuwe pensioenstelsel is er geen verschil meer tussen het individuele vermogen en wat er belegd wordt voor de pensioendeelnemer. Voor de flexibele premieregeling kan er geen licht meer zitten tussen de pensioenadministratie en de beleggingen. De vermogensbeheerder moet zo snel mogelijk na het transitiemoment de koers (een NAV) aanleveren van het transitiemoment. Daarnaast is het belangrijk om de stand van het vermogen nauwkeurig te volgen omdat voorafgaand aan de transitie de dekkingsgraad wordt gevolgd. Hierbij is het belangrijk om afspraken te maken hoe snel de nakomende waardering van illiquide beleggingen plaats vindt. Invaren doen we samen en daar hebben beide partijen een belangrijke rol. Deze samenwerking nu is echt anders dan het verleden. Na invaren gaat de koppeling open en dan kunnen we niet meer terug. We kunnen het niet genoeg zeggen: We kunnen niet beleggen in het verleden dus zijn de mogelijkheden voor correcties beperkt.

4. Bij invaren tellen alleen individuele deelnemers
Het in de administratie per deelnemer invaren is echt anders dan de netto profijt berekening en andere berekeningen op basis waarvan pensioenfondsen hun beleid hebben gemaakt. Bij berekeningen voor het maken van beleid, werken actuarissen vaak met standaarddeelnemers en met berekeningen en stappen per cohort. Daarop heeft het pensioenfonds beoordeeld of de vermogensverdeling evenwichtig is. Op het echte invaarmoment voeren we deze verdeling dan echt door en gaat het om echte uitkomsten en aanspraken per individuele deelnemer. Dat moet volledig correct zijn en daar moeten uitvoerige controles op worden uitgevoerd. Standaarddeelnemers en cohorten tellen dan niet. Het gaat alleen om echte deelnemers. Op deze berekeningen richten we ons. Op die bestanden kunnen wel steekproeven worden gedaan met gegevens van echte deelnemers.

5. Betrek alle partijen in het assuranceproces op tijd
En zo komen we op onze laatste tip. Betrek op tijd alle stakeholders die betrokken zijn bij het invaarproces en de assurance bij de voorbereiding op het transitiemoment. Naast het pensioenfonds, de vermogensbeheerders en de pensioenuitvoeringsorganisatie zijn bij invaren immers ook certificerend actuarissen, actuarieel sleutelfunctiehouders en/of onafhankelijke accountants betrokken. Door elkaar op tijd te betrekken, kunnen voorafgaand aan het daadwerkelijke transitiemoment controles uitgevoerd worden. En wordt duidelijk wat je van elkaar verwacht en wanneer. Zo zorg je ervoor dat je elkaar goed begrijpt. En zo zorg je dat je zo veel als mogelijk verrassingen en fouten voorkomt. Het controleproces moet immers razendsnel. Al was het maar omdat in de wet staat dat pensioenfondsen meteen moeten beleggen conform de nieuwe regeling.

Meer lezen? Kijk in onze blauwdruk invaren
Achmea Pensioenservices beschrijft in haar invaarblauwdruk de diverse aspecten rondom invaren van bestaande pensioenaanspraken en pensioenrechten. De aspecten die we in deze blauwdruk beschrijven, sluiten aan bij de uitvoering van een flexibele premieregeling of een solidaire premieregeling die wordt uitgevoerd door een (beroeps)pensioenfonds.

Achmea Pensioenservices
Achmea Pensioenservices adviseert pensioenfondsen, sociale partners en beroepspensioenverenigingen op weg naar het nieuwe stelsel. Wilt u meer weten over onze aandachtspunten en hoe we pensioenfondsen verder helpen?
Neem dan contact met ons op.